Drie à vier keer per jaar worden in De Weeghreyse wisseltentoonstellingen gehouden, die een culturele en/of historische bijdrage leveren aan de gemeenschap. Er wordt dus in de loop van het jaar enkele keren gewisseld. De onderwerpen worden in gezamenlijk overleg door het bestuur bepaald.
Als U interesse heeft om een tentoonstelling te realiseren in De Weeghreyse, neem dan contact op met een van de bestuursleden of mail naar: info@deweeghreyse.nl.
Een greep uit onze exposities.
Een hele succesvolle expositie was: van bleekneusje tot bengel over de geschiedenis van de Krabbebossen door stichting Erfgoed Juzt. Drie pagina’s van de weekendbijlage van BN de Stem werden gewijd aan deze expositie. Lees:
Van Bleekneusjes tot Wijsneusjes – Edine Wijnands BN De Stem 3&4apr21
Landgoed Wallsteijn (2018) Frederik Raimond van de Wall uit Nijmegen werd in 1780 aangesteld als schout van Zundert, Rijsbergen en Wernhout.Hij kocht aan het eind van de 18e eeuw goedkope gronden op om er een landgoed van te maken. Ook besloot hij in 1818 er een buitenplaats in deftige classicistische stijl te laten bouwen. Tijdens de tentoonstelling werd uniek fotomateriaal getoond van Arjan Bakx.
Zundert in Europa. Een prachtige expositie georganiseerd in het kader van de Open Monumentendag 2018.Heemkundekring De Drie Heerlijkheden, Stichting Hooghe Heerlickheyt Wernhout, Ed de Bakker en museum de Weeghreyse hebben hun handen ineen geslagen en de tentoonstelling “Zundert in Europa” samengesteld.
In het begin van de 19e eeuw is de Napoleonsweg aangelegd en werden de grenzen bepaald. Dit had grote gevolgen voor de bewoners van het gebied dat nu gemeente Zundert heet. Via diverse vormen van vervoer (diligence, paardentram, stoomtram en later ook auto’s, bussen en vrachtwagens) werd het mogelijk om doelmatiger personen, dieren en goederen te vervoeren. Na WO II werd er in de jaren 50 onder impuls van de oprichting van de EEG/EU steeds meer handel gedreven en nam de bedrijvigheid enorm toe. Hierdoor kwamen er langs de weg en bij de grenspost steeds meer benzinepompen, eetgelegenheden en cafés. Daarnaast vestigden er zich transporteurs, expedities, distributiebedrijven e.d. Dit gaf een flinke impuls aan de werkgelegenheid in onze gemeente.
Wielerdorp Rijsbergen (2017) Het dorp Rijsbergen mag met recht het Mekka van de wielersport genoemd worden. In een aaneengesloten periode van bijna driekwart eeuw hebben 11 renners, die in dit dorp zijn geboren of hebben gewoond, een stempel gedrukt op de wielersport in Nederland. Het begon met de bekende baanrenner Janus Braspenninckx: zilveren medaille Olympische Spelen Amsterdam in 1928, Koos Mathijssen die werd geboren op de Krabbebossen, was de volgende renner met Rijsbergse Roots. Vervolgens was het de beurt aan ronderenner Kees Haast, Piet Braspennincx , Jef Jochems, Johan van de Velde, Jacques Hanegraaf en Jos Van Aert.
Veel attributen, foto’s, boeken, bekers, wielershirts, krantenartikelen waren er te zien en het museum fungeerde als ontmoetingsplek voor de wielerliefhebber. Een hele aparte expositie en een topper als het gaat om bezoekersaantallen.
Roots in beeld en geluid ( 2017) Tijdens deze tentoonstelling werden maquettes van boerderijen aangevuld met historisch filmmateriaal. Het agrarisch bedrijf behoort wereldwijd tot de oudste bedrijfstakken. In onze bodem zijn veel sporen en overblijfselen te vinden van boerderijen en nederzettingen die al duizenden jaren geleden verrezen. De boerderij blijft door de eeuwen heen een woon- en bedrijfsgebouw. Over het algemeen kan gesteld worden dat de meeste historische boerderijen nog uitgesproken streekeigen kenmerken bezitten.
Frans Mathijssen uit Rijsbergen voerde van 1957 tot 1993 een gemengd boerenbedrijf. Een van zijn hobby’s is het op schaal nabouwen van Brabantse boerderijen die voornamelijk te vinden zijn in die delen van de provincie met zandbodems.
Over(groot)moeders muts 2015 Heemkundekring De Drie Heerlijkheden heeft ter gelegenheid van haar 50 jarig bestaan in samenwerking met museum De Weeghreyse een tentoonstelling gewijd aan de muts door de eeuwen heen. Er kwamen in Brabant verschillende mutsvormen voor; naar grondtype terug te brengen tot de hul, kornet en dormeuse.